(door Marcel Coenen, 2024)
De Nederlands-Duitse arts Marcel Coenen reed in vijf jaar (oorspronkelijk met drie vrienden, later met z'n tweeën) de 100 Cols
Vijf jaar hebben we erover gedaan, en nu is het wachten op de trofee. De pandemie heeft er ook aan bijgedragen, maar het was ook een bewuste keuze om het niet in einem Rutsch te volbrengen. Gestart met z’n vieren, namelijk André, Lennard, Frank en ik, zijn er maar twee over de finish gekomen:
Na een valpartij op een lange afdaling (leermoment: niet te hard op gravel remmen met een zware/ hoge rugzak) en het gevoel, dat zó lang per dag op een fiets zitten niet bij je past, hebben Frank (rechts op de foto) en ik (links) het avontuurtje met zijn tweeën voortgezet.
Met bagage, maar wel overnachten in kleine hotels en gîtes. De bagage werd in de loop der jaren minder, het plezier aan het beklimmen van de cols steeds groter. Wat is het toch een geweldige tocht: Je ademt werkelijk de mooiste streken en plekken van La France in en voelt hautnah het landschap met wijn, water, bossen en wijde velden. En – tijdens de pauzes, bij het eten langs de weg in goede tenten voor vrachtwagenchauffeurs of ’s avonds in het restaurant – kom je in contact met de Fransen. En die zijn zo onaardig niet, integendeel. De taal te spreken helpt natuurlijk en ook het verhaal over de “cent cols”, wat menigeen inspireert om het ons na te doen. Helaas bestaat het leven zelfs in La France, niet alleen uit melk en honing, maar zijn er ook stortbuien, hagelslag en bliksem – heel vervelend als je er doorheen móet, om nog op tijd je hotel te bereiken. Ook waren er dagen dat er geen kamers meer te krijgen waren. Een grote familie heeft ons onderdak gegeven in een door hen voor een réunie gehuurde basisschool, en we mochten mee-eten en na een dagrit van meer dan 150 kilometer in onze benen ook nog meedansen! Het improviseren en jezelf redden is uiteindelijk het meest leuke en geeft voldoening, maar soms rezen er ook twijfels over waar we in godsnaam mee bezig waren. De stemming tussen Frank en mij was prima, en zo ben ik hem ook heel dankbaar voor de begeleiding op de meer dan 4.000 kilometers! Het was een fantastische mix van sport (soms competitie) en gezelligheid.
Elk voordeel heb z’n nadeel, de tocht in etappes is wel familie- en vakantiedagenvriendelijk, maar vraagt ook om een goede planning m.b.t. vervoer. De eerste lus met het aanbevolen doorsteekje in de buurt van Lyon konden we dus door de bovengenoemde valpartij niet afmaken. Onder het strenge toezicht van toerleiding Jan, moest dat deel achteraf alsnog worden ingehaald. Gelukkig had mijn zoon Pepe na zijn eindexamen de mogelijkheid om ons bij deze logistieke klus te helpen: Hij verzorgde het vervoer tussen de eind- en herstartbestemmingen met een 40 jaar oude camper. Ook heel gezellig ’s avonds binnenkomen op de camping en merken dat alles is voorbereid. Maar – het contact met het land en zijn mensen is daardoor wel wat minder intensief.
Ik zal U de uitgebreide beschrijving van alle highlights besparen, het zijn er simpelweg te veel en het mag ook nog een beetje spannend blijven voor diegenen die deze tocht nog willen ondernemen. Voor mij persoonlijk zijn de ruwe Pyreneeën en de pittoreske abdij Valsaintes en Provence in bijzonder goede herinnering gebleven net als de ervaring van elke dag uitkijken naar nieuwe cols - het werd bijna een verslaving! Met (iets meer dan) een beetje voorbereiding van je fitness en materiaal zijn de 100cols goed te doen, het is immers geen wedstrijd, hoogstens een strijd tegen je innere Schweinehund.
Hulde en
dank aan die mensen die deze tocht met zo veel passie jaar voor jaar nog mooier
maken en bijhouden dat iedereen de stempels haalt. Overigens is het laatste
niet echt nodig, want je ontneemt je zelfs het genot als je probeert de tocht
op een gemakkelijke manier af te raffelen. Ik ben nu al bezig met brainstormen
over mijn tweede tocht.
Marcel Coenen, Lippstadt/ D, november 2024